Nic van Bruggen. Brief aan Patrick Conrad.
Originele handgeschreven brief, met briefhoofding van de dichter, aan Patrick Conrad, over de erotische bloemlezing ‘Het voortplantingsoffensief’ (waarvoor Conrad het omslagontwerp realiseerde), een buitenlandse ontmoeting tussen Hans van de Waarsenburg en Paul Snoek, deelnemers aan het Wieler Kriterium te Buggenhout en een afgelaste dansavond in privé-club Vecu. “31 VIII” (1971). 1p. 29,5:21 cm.
“Mijn deelname aan het Voortplantingsoffensief/ is alsnog in orde gekomen… dus jongen, donder me de voorplaat op.”
“zo kreeg ik een telefoontje van Hans Vd/ Waarsenburg (die in Dubrovnic een zegedriftige/ Snoek ontmoet had)”
Bijgevoegd: Pin-up vakantiekaartje uit Joegoslavië (30 augustus 1971 verstuurd), van Hans van Waarsenburg èn Paul Snoek aan Patrick Conrad.
Gerelateerd
Remco Campert. Verjaardagsdas.
Originele stropdas die Remco Campert draagt op de iconische omslagfoto van de verhalenbundel ‘Hoe ik mijn verjaardag vierde’ (De Bezige Bij 1969).
De ‘flashy’ das heeft het label van ‘John Stephen, Carnaby Street’. Stephen was één van de belangrijkste mode-ontwerpers uit de ‘Swinging London’ periode, bekend van zijn flamboyante herenmode-accessoires met kleurige bloemmotieven. The Beatles en The Rolling Stones lieten zich ook al eens door hem kleden.
Camperts verjaardagsdas werd eind jaren zestig in de hippe Carnaby Street gekocht door zijn geliefde Deborah Wolf.
Jeroen Brouwers. Joris Ockeloen en het wachten. Een lotgeval.
1967 Brussel/ Den Haag, Manteau, eerste druk, 176p. 20:12,5 cm. Garenloos. Met opdracht aan collega-schrijver Nico Wijnen (1916-1989): “voor Nico Wijnen/ met een hart vol sympathie/ & ter herinnering aan onze/ eerste ontmoeting in Den Haag/ op 13 mei 1968./ Jeroen Brouwers./ Brussel. 5/7/68”. (Dertien mei 1968 was de dag waarop de Vijverbergprijs voor ‘Joris Ockeloen en het wachten’ werd uitgereikt.)
Henri Borel. Correspondentie met Céline Cruyt.
25 originele handgeschreven brieven (veelal in de originele enveloppen) en kaartjes aan Céline Cruyt (Gent 1861 – ….). 1908-1914. Grotendeels verstuurd uit Nederlandsch Indië en China. Bijgevoegd: reispas van ‘Mademoiselle Cruyt Céline’ (Profession: ‘Commerçante’) uit 1900 (helaas is de pasfoto verwijderd), en een originele foto van Borels zoontje Lodewijk (1905-1973) op zesjarige leeftijd, die later een bekend acteur werd en in Hollywood carrière zou maken.
“Mag ik U echter even opmerken, naar aanlei-/ ding van Uw schrijven, dat ik nergens in mijn/ werken heb gezegd, dat ik den daad der paring/ afschuwelijk vind, maar enkel dien daad uit/ wellust, zonder liefde?”
“dankbaar voel ik, dat ik U zoo veel moois/ heb kunnen doen voelen: ik ben in mijn eigen land, na/ een uitbundig mode-succes, dat mij evenzeer pijn deed/ en ergerde, op zeer ondankbare en oneerlijke manier/ behandeld door de jaloersche critici, omdat ik nooit/ mede wilde doen aan ’t afschuwelijke literaire zo/ glorie en clique leven, en hun zoo irriteerde door/ mijn streng volgehouden isolement. De hedendaag-/ sche literatoren, die hun heil zoeken in ‘woord-/ kunst’, en aan wien de fijne, geestelijke afzoo-/ ming vreemd blijft, haten en bekladden mij. Maar/ nu en dan, uit alle werelddeelen, een enkele/ keer, krijg ik zulke lieve, diepgevoelde, nobele/ brieven over mijn kunst (meestal, doch niet al-/ tijd van vrouwen), dat deze spontane goedheid/ mij alle haat en laster ruim vergoedt.”
“Voor de vlaamsche beweging/ voel ik zeer veel, maar de hef-/ tige strijd tegen fransch be-/ treur ik. Ook ’t fransch is een/ magnifieke taal. Maar de/ Vlamingen behooren in Gent/ een vlaamsche Hoogeschool/ te hebben.”
“Met de z.g. ‘beschaving’(!) en de touristen heb-/ ben alle westersche ondeugden hun entreé in/ Peking gedaan. Er zijn zelfs drie roulette banken/ en er zijn dure cocottes, en nog erger dingen./ De Chineezen hebben ’t al te pakken, en dikwijls/ komen prinsen en zeer hooge mandarijnen/ hier in dit luxe-hotel dineeren, net als europeesche bla-/ sé’s, en die houden er fransche of russische ‘vriendinnen’ op na!/ Goddank is er echter nog o’ zooveel van’t ander mooi/ over, maar daar schrijf ik U nu niet van, want dan/ doe ik dubbel werk, daar het toch alles in mijn boek/ komt, dat U later krijgt.”
Ex libris Brouwers.
Ex libris van de ouders van Jeroen Brouwers, ontworpen door de oudste zoon Leo. 9:7 cm. Geplakt op papier van iets groter formaat.
Freddy de Vree. WFH2SO4.
Tweezijdig bedrukt affiche, verschenen ter gelegenheid van de gelijknamige tentoonstelling van W.F. Hermans archivalia uit de collectie van Freddy de Vree. 2000 Antwerpen, Demian, oplage 300 genummerde en door De Vree gesigneerde exemplaren, in kartonnen koker met rode stempel ‘WFH2SO4’.
Frank Philippi. Nieuwjaarswens 1960. Originele foto.
23:17 cm. Originele foto op barietpapier met fotografisch gereproduceerde nieuwjaarswens en vermelding ‘Photo-atelier Frank Philippi’. Vaag knikje aan de onderzijde.
Jan Walravens / Gust Gils. Correspondentie 1952-1959.
[:nl]15 brieven en een kaartje (handgeschreven en getypt, 24p.) van Jan Walravens aan Gust Gils, en 31 brieven (29 in doorslag en een tweetal in kladschrift met enkele tekeningetjes, 43p.) van Gils aan Walravens.
Onder meer over mogelijke opname van Gils’ gedichten in ‘Tijd en Mens’, zijn kandidatuur voor redacteur (!), zijn debuutbundel ‘Partituur voor vlinderbloemigen’, het begin van ‘Gard Sivik’ en perikelen rond ‘Waar is de eerste morgen’ (met ongezouten meningen).[:]
Jeroen Brouwers. Kroniek van een karakter.
Deel 1. 1976-1981. De Achterhoek. / Deel 2. 1982-1986. De oude Faust.
1987 Schoten Hadewijch eerste druk 399 / 445p. 23,5:16 cm. garenloos, gekartonneerd met omslagen.
Met inscripties op de titelpagina’s:
“Ik heb een hekel aan brievenbundelingen/ (blz. 7)/ Jeroen Brouwers”
“Waar gaan mijn brieven dan over?/ (deel 1, blz. 9)/ Jeroen Brouwers”