Peter Verhelst. Koor.
€25,00
Een keuze uit de poëzie (1987-2017). Met een nawoord van Stefan Hertmans. 2017 Amsterdam/ Antwerpen, De Bezige Bij, eerste druk. 145p. 21,5:16 cm. Garenloos.
Met opdracht van Stefan Hertmans: “Voor Gert,/ ook namens Peter,/ Stefan Hertmans.
Op voorraad
Gerelateerd

Sinclair Beiles / William Burroughs / Gregory Corso / Brion Gysin. Minutes to go.
1960 Paris, Two Cities Editions, first edition, 63p. 21:13,5 cm.
Spine with small imperfections and discolouration. Provenance: collection Simon Vinkenoog.
Signed by Beiles, Burroughs and Corso and with two handwritten remarks by Burroughs: Under ‘Open Letter to Life Magazine’ (page 12) he wrote “by Sinclair Beiles”, and to his Cut-up text ‘Mao Tze’ (page 20) he added to the line ‘(fight fight talk talk… talk talk fight fight)’: “Fighting produces fighting./The response to talk/ is talk.”

Remco Campert (als Wessel Franken). Het gangstermeisje.
1965 Amsterdam, De Bezige Bij, tweede druk, 169p. 20:12,5 cm. Garenloos. Eén van een beperkt aantal exemplaren voorzien van fictief extra omslag met auteursnaam Wessel Franken, te zien in de verfilming van Het gangstermeisje (1966).

Johan Joos. Chanson Inutile.
1996 Amsterdam / Antwerpen Uitgeverij Voetnoot eerste druk 14,5:15 cm. Ingenaaid.

Freddy de Vree. Willem Frederik Hermans. De aardigste man ter wereld.
2002 Amsterdam De Bezige Bij eerste druk 343p. 25:18 cm. garenloos met flappen

Jeroen Brouwers / Roger Raveel. Een nieuw Requiem.
Met tien illustraties van Roger Raveel. 2009 Antwerpen Wever & Bergh eerste druk 59p. 29,5:21 cm. Ingenaaid met flappen.
Bijgevoegd: cd met het Requiem van Mozart in een bewerking van Christian Köhler uitgevoerd door I Solisti del Vento.

Gerrit Achterberg / H.N. Werkman. Meisje.
1944 In agris occupatis, nummer twee in de Volière-reeks, gedrukt en verlucht door H.N. Werkman, eerste druk, oplage 110 genummerde exemplaren, 12p. 25:17,5 cm. Geniet.
Afgezien van de licht roestige nietjes een uitermate fris en gaaf exemplaar.

Leonard Nolens. De muzeale minnaar.
Brugge 1973, Uitgeverij Sonneville, eerste druk. 38p. 20:13 cm. Garenloos.
‘De muzeale minnaar’ verscheen na deze uitgave nooit meer in druk.
De dichter verkiest om dit vroege werk samen met de gedichten uit zijn eerste bundel ‘Orpheushanden’ (1969) niet op te nemen in edities van zijn gedichten.
Het verschijnen en bestaan van de bundel ‘Orpheushanden’ was blijkbaar zo onopgemerkt gebleven dat Nolens in 1974 voor ‘De muzeale minnaar’ werd bekroond met de prijs voor het literaire debuut (…)
In de verantwoording van de verzamelbundel ‘Hart tegen hart’ (1991 Querido) beschrijft Nolens zijn eerste twee bundels als ‘een kluwen dat in latere bundels wordt afgewikkeld’ en een begin ‘waarin men woorden heeft en nog geen taal’.

