Sinclair Beiles / William Burroughs / Gregory Corso / Brion Gysin. Minutes to go.
1960 Paris, Two Cities Editions, first edition, 63p. 21:13,5 cm.
Spine with small imperfections and discolouration. Provenance: collection Simon Vinkenoog.
Signed by Beiles, Burroughs and Corso and with two handwritten remarks by Burroughs: Under ‘Open Letter to Life Magazine’ (page 12) he wrote “by Sinclair Beiles”, and to his Cut-up text ‘Mao Tze’ (page 20) he added to the line ‘(fight fight talk talk… talk talk fight fight)’: “Fighting produces fighting./The response to talk/ is talk.”
Gerelateerd

C.C. Krijgelmans / Pjeroo Roobjee. Tegen een bizarre achtergrond van algemeen verderf.
Met twee zeefdrukken in vijf kleuren van Pjeroo Roobjee. 1979 Antwerpen, Ziggurat, eerste druk, oplage 60 genummerde en gesigneerde exemplaren, één van de 50 Arabisch genummerde exemplaren. 21p. 38:29 cm. Losbladig in omslag (licht verkleurd).
Zonder de oorspronkelijke dennenhouten doos. Dit exemplaar is, zoals het hoort, in het colofon gesigneerd, maar ongenummerd gebleven. De beide gesigneerde zeefdrukken zijn wel genummerd.

Jeroen Brouwers / Roger Raveel. Een nieuw Requiem.
Met tien illustraties van Roger Raveel. 2009 Antwerpen Wever & Bergh eerste druk 59p. 29,5:21 cm. Ingenaaid met flappen.
Bijgevoegd: cd met het Requiem van Mozart in een bewerking van Christian Köhler uitgevoerd door I Solisti del Vento.

Simon Vinkenoog. Blurb 4.
1950 Parijs, eigen beheer. Bevat o.a. het gedicht ‘Zondag’ van Remco Campert. 8p. 27:21 cm. Exemplaar met nietjes (niet origineel) en lichte sporen van oud vocht.

Hugo Claus. Jan de Lichte. Gedichtencyclus met een originele lithografie van Roel D’Haese.
1981 Antwerpen Ziggurat Eerste druk, oplage 110 genummerde en gesigneerde exemplaren, één van de 100 Arabisch genummerde exemplaren.
Tekst in bloedrode inkt. 20:15 cm. Ingenaaid met preegdruk in het omslag. In grijs linnen kaft met drie luiken, met tweede litho (afgekeurd door de kunstenaar) aan de binnenzijde.

Johan Joos. Chanson Inutile.
1996 Amsterdam / Antwerpen Uitgeverij Voetnoot eerste druk 14,5:15 cm. Ingenaaid.
![[:nl]Jules Deelder. SHOTSVILLE 26 aug 66. [:]](https://www.demian.be/wp-content/uploads/2021/02/Shots-240x240.jpg)
Jules Deelder. SHOTSVILLE 26 aug 66.
Handgeschreven brief uit Londen aan Simon en Reineke Vinkenoog en Olivier Boelen. 4p. 22,5:17,5 cm. geperforeerd. Associatief verslag van Deelders verblijf in Londen met het ongepubliceerde gedicht SHOTS (25 regels), waarvan fragmenten zijn terug te vinden in het lange gedicht Bright lights big city (voor het eerst in boekvorm verschenen in Moderne gedichten, 1979 De Bezige Bij).
“Any news ‘bout Brussels?/ Schrijf eens terug, we blijven hier nog een/ maand. Roos poen! veel poen! Kleren!/ Fluweel, zijde, brokaat; haar geknipt, baard &/ snor… nee, niet eraf, je lijkt wel gek, veranderd/ ARISTOKRATIES!! dig??”
“Love Love Love Love/ Jules & Rosalie”
![[:nl]Waarom Daarom. Ruimten.[:]](https://www.demian.be/wp-content/uploads/2021/02/waarom_daarom-240x240.jpg)
Waarom Daarom. Ruimten.
Themanummer poëtica. Zevende jaargang, nummer 26, 1968. 28 p. 23:16,5 cm. Geniet.
Redactie: Ludo Abicht, Frans Boenders, Herman De Coninck, Wim Gijsen, Jo Stevens, Luc Wenseleers. Omslag: Pol Mara.
Met bijdragen van Ludo Abicht, Albert Bontridder, Louis Paul Boon, Nic Van Bruggen, Herman J. Claeys, Hugo Claus, Herman De Coninck, Mark Dangin, Wim Gijsen, Gust Gils, Jos De Haes, Karel Jonckheere, Herman Moscoviter, Erik Van Ruysbeek, Simon Vinkenoog, Eddy Van Vliet, Hans Van Den Waarsenburg, Dick Walda, Hans Melchior Wap, Marcel Wauters, Luc Wenseleers.

Leonard Nolens. De muzeale minnaar.
Brugge 1973, Uitgeverij Sonneville, eerste druk. 38p. 20:13 cm. Garenloos.
‘De muzeale minnaar’ verscheen na deze uitgave nooit meer in druk.
De dichter verkiest om dit vroege werk samen met de gedichten uit zijn eerste bundel ‘Orpheushanden’ (1969) niet op te nemen in edities van zijn gedichten.
Het verschijnen en bestaan van de bundel ‘Orpheushanden’ was blijkbaar zo onopgemerkt gebleven dat Nolens in 1974 voor ‘De muzeale minnaar’ werd bekroond met de prijs voor het literaire debuut (…)
In de verantwoording van de verzamelbundel ‘Hart tegen hart’ (1991 Querido) beschrijft Nolens zijn eerste twee bundels als ‘een kluwen dat in latere bundels wordt afgewikkeld’ en een begin ‘waarin men woorden heeft en nog geen taal’.